Thema 13: Bijzondere bebouwingsthema's
4.13.1
Beleidsuitgangspunten welstand
Algemeen
Onder het deelgebied "Bijzondere bebouwingsthema's worden de grotere bebouwingscomplexen verstaan die min of meer solitair zijn gelegen met een bijbehorend terrein. De bebouwing is veelal naar binnen gekeerd en ingebed in een groene terreininrichting of een groot parkeerterrein. Het betreft onder andere het ziekenhuis, een verzorgings-/bejaardentehuis, hotel, ziekenhuis en de schouwbrug.
Bebouwingsbeeld
Over het algemeen betreft het op zich zelf staande bebouwing, dat in architectuur afwijkt van zijn omgeving en een bijbehorend terrein heeft. De bebouwing dient veelal als oriëntatiepunt in de omgeving. De terreininrichting en de bebouwing dienen een ruimtelijk geheel te vormen. Bij de regionale solitair gelegen functies dient er sprake te zijn van een uitgesproken architectuur of een eigentijdse uitstraling.
De bijzondere bebouwingsthema's zoals bijvoorbeeld wijkwinkelcentra zijn alleen op de deelgebiedenkaart aangegeven met een symbool. Deze panden zijn over het algemeen minder solitair gelegen en maken qua architectuur veelal deel uit van een stedenbouwkundig geheel. Hierbij geldt dat er een duidelijke afstemming dient plaats te vinden op het stedenbouwkundige geheel (materiaal, kleur, ritmiek, inpassing in hoofdstructuur).
Differentiatie welstandsniveaus
Omdat deze instellingen solitair gelegen zijn en/of een oriëntatiepunt vormen in de omgeving is een welstandsniveau 2 toegekend.
Voor rijks- en gemeentelijke monumenten en hun beide belendingen (tenzij deze zich verder dan 50 m van het monument bevinden), geldt, ongeacht het welstandsniveau van de omgeving, welstandsniveau 1.
In aanvulling op deze algemene waardebepaling en beleidsrichting, zijn de volgende structuurvisies en beeldkwaliteitplannen van toepassing:
het structuurplan Winterswijk (juli 1992) en de Actualisatie structuurplan Visie wonen en werken, gemeente Winterswijk (juli 2002) en het beleidsstuk Visiedocument voor de kom Winterswijk, vastgesteld door de Raad op 25 febr. 2010.



