Welstand gemeente Zutphen
StartpaginaUw mening
Actueel
Contact
Thema 10 Gesloten bouwblokken (wederopbouw jaren 80/90)

Beoordelingscriteria

Onderstaande welstandscriteria gelden specifiek voor dit bebouwingsthema. Als een bouwplan niet aan deze specifieke welstandscriteria voldoet, kan een nadere beoordeling plaatsvinden op basis van de algemene welstandscriteria. Wellicht dat dit alsnog leidt tot een positief welstandsoordeel.

De voorgaande gebiedsbeschrijvingen en beleidsuitgangspunten welstand maken deel uit van deze beoordelingscriteria.

Criteria gelden slechts indien en voor zover het ter plaatse geldende bestemmingsplan niet anders bepaalt.

Voor reclame, markiezen/zonweringen, terrassen en uitstallingen zijn afzonderlijke objectcriteria in de welstandsnota opgenomen.


Situering

  • Bij (vervangende) nieuwbouw is de positie en de oriëntatie van de oorspronkelijke bebouwing richtinggevend.
  • Nieuwbouw sluit aan bij de ritmiek van de bestaande bebouwing in de omgeving: symmetrie in massa, kapvorm en gevelindeling wordt stelselmatig toegepast.
  • De panden staan georiënteerd op de openbare ruimte. De entrees zijn steeds direct bereikbaar vanaf de openbare ruimte.
Massa en vorm

  • De bestaande schaal van de bebouwing in de omgeving is het uitgangspunt bij uitbreiding en vervanging van de bebouwing.
  • Het aantal bouwlagen en de kapvorm is afgestemd op de bouwhoogte en de -bouwmassa van de belendende bebouwing,
  • De gevels worden beëindigd door een kap of een duidelijk geprofileerde lijst of een dakoverstek.
  • De hoofdvorm is eenduidig vormgegeven, eventueel met een plint of een onderlaag.
  • Lange bouwblokken zijn verticaal en horizontaal geleed en opgedeeld in kleinere volumes.
Gevels

  • Bij verbouw en renovatie worden de oorspronkelijke gevelopbouw, ornamentiek en het materiaal- en kleurgebruik gerespecteerd.
  • Bij nieuwbouw vormt de bebouwing in de omgeving v.w.b. stijlkenmerken en materialisering het uitgangspunt.
  • De maatverhoudingen van bestaande gevelopeningen worden gehandhaafd.
  • Eenmaal toegestane toevoegingen zijn in beginsel de standaard uitvoering voor de overige woningen in hetzelfde bouwblok (verwezen wordt naar standaard voorbeelden).
  • De vormgeving van entree, de accenten in de gevel en de eventuele symmetrie van de gevelopbouw worden zorgvuldig behandeld.
  • Bij verbouwing en renovatie wordt oorspronkelijke ornamentiek zorgvuldig bewaard. Bij (ver)nieuwbouw wordt de ornamentiek geïnterpreteerd op basis van de oorspronkelijke detaillering.
  • Hoeken van straatwanden dienen extra aandacht te krijgen.
  • Gebouwen die op het eind van een zichtlijn zijn geplaatst, dienen in architectuur, kleur, materiaal en detaillering een eigen karakter in het gehele stedelijk weefsel te krijgen.
Kleurgebruik

  • Hoofdmaterialen worden in aardkleuren toegepast, in combinatie met donkere of rode dakpannen.
  • Het gebruik van sterk contrasterende kleuren in grotere vlakken is ongewenst.
  • Kozijnen, ramen, boeiboorden e.d. hebben een lichte kleurstelling.
Materiaalgebruik

  • Bij (ver)nieuwbouw worden baksteen toegepast, eventueel in een beperkte kleurvariatie, en gewelfde dakpannen.
  • Bij verbouwing of renovatie is het oorspronkelijke materiaal en kleurgebruik tot uitgangspunt genomen.
  • Gevels worden hoofdzakelijk opgetrokken uit baksteen, daken worden afgedekt met keramische (niet geglazuurde) gewelfde pannen. Plinten zijn transparant uitgevoerd d.m.v. puien en in een steenachtig materiaal, waarbij gevelopeningen zijn toegepast.
  • Glas, spiegelende oppervlakken, kunststof en volkern plaat worden niet toegepast bij beplating van gevels.
  • Bij renovatie of nieuwbouw wordt zorgvuldig omgegaan met de kenmerkende ornamentiek als overstekken, daklijsten, verbijzonderingen en lijsten om gevelopeningen e.d. (herstel, interpretatie of reactie).
  • Specifieke detaillering van gevelopeningen, balkonhekken, deurluifels e.d. worden met aandacht voor de expressie en plasticiteit ontworpen.
  • Erfafscheidingen aan de straatzijde bestaan uit lage gemetselde muurtjes in combinatie met open sierhekwerken met verticale spijlen (donker geschilderd).
  • Tuinmuren, poorten e.d. hoger dan 1 m. worden in de rooilijn geplaatst.
Objectcriteria

De objectcriteria voor reclame, markiezen/zonweringen, terrassen en uitstallingen zijn beschreven in hoofdstuk 6.

Kaart Thema 10