Beleid
RESPECT
- Essentiële kenmerken van de aanwezige bebouwings- en omgevingskarakteristiek op het gebied van stedenbouw/landschap en architectuur worden gerespecteerd.
- Bouwmassa’s voegen zich binnen uitersten van de omgeving én nemen ook de beeldbepalende elementen over.
AMBITIES
- Dorpsentrees en dorpsranden (met name de nauwelijks aangetaste overgangen tussen historische dorpsgebieden en open komgronden) krijgen bij wijzigingen en toevoegingen bijzondere aandacht.
- Bij volledige herbouw van gebouwen worden stedenbouwkundige en architectonische verstoringen niet herhaald, maar hersteld om zo een bijdrage te leveren aan een aantrekkelijke woon-, werk-, of winkelgebied passend bij de eigen onderscheidende karakteristiek van het betreffende dorp.
- Nieuwbouw is bij voorkeur natuurinclusief ontworpen, dat wil zeggen dat in het ontwerp maatregelen zijn geïntegreerd om de lokale biodiversiteit te versterken.
BOUWPLAN EN OMGEVING
HET BOUWPLAN:
- past bij de waarde en kernkwaliteiten van het deelgebied en is afgestemd op de stedenbouwkundige en landschappelijke structuur;
- waarborgt en versterkt de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van monumenten in de omgeving en gebruikt deze waar mogelijk als uitgangspunt bij het ontwerp;
- laat het zicht (vanaf openbaar toegankelijk gebied) op monumenten en ander erfgoed vrij;
- ontsiert of beschadigd geen monument;
- is ondergeschikt in relatie tot het aanzicht van monumenten en is hier zorgvuldig op afgestemd;
- versterkt de kwaliteit van de omgeving en de openbare ruimte en levert een positieve bijdrage aan de leefbaarheid en sociale veiligheid van de omgeving;
- vormt een versterking van markante stedenbouwkundige en landschappelijke ruimten en locaties;
- richt zich op de openbare ruimte en de toegang vanaf het openbaar gebied is duidelijk herkenbaar;
- markeert het onderscheid tussen openbaar en privégebied duidelijk;
- heeft op zichzelf een evenwichtige opzet, die tot uitdrukking komt in samenhangende maatverhoudingen van buitenruimten, bouwvolumes, massa-opbouw, kapvorm en vlakverdelingen;
- is afgestemd op de historische bebouwing in de omgeving voor wat betreft positie, hoofdvorm, maat en schaal;
BOUWPLAN OP ZICH
HET BOUWPLAN:
- past bij de kernkwaliteiten van het ensemble en/of de gebouwtypologie;
- is afgestemd op de omgeving voor wat betreft positie, hoofdvorm, maat en schaal;
- heeft een herkenbaar en consequent uitgewerkt ontwerpconcept met esthetische kwaliteiten en de architectuur- en bouwstijl is afgestemd op de omgeving.
GEVEL, MATERIAAL, DETAILLERING & KLEUR
HET BOUWPLAN:
- heeft een samenhangende gevelindeling en kleurgebruik en een materialisering waarvan de kwaliteit ook op langere termijn behouden blijft;
- heeft een detaillering die ondersteunend is aan de architectuur;
- integreert installaties voor energieopwekking in het ontwerp;
- maakt bij voorkeur gebruik van duurzame materialen en materialen die beschikbaar zijn om zo afvalstromen te beperken en meer in te zetten op hergebruik.