Bestaande situatie
Etten is ontstaan als een agrarische nederzetting in het open, vlakke land op de rand van het rivierenlandschap en het broek- en heideontginningenlandschap. Het oude dorp (13a) heeft zich ontwikkeld langs de Dorpsstraat/Molenstraat, waarbij Oldenhove en de Kampstraat/Oudekerkstraat samen met de Dorpsstraat de historische kern vormen. Deze kern is zeer karakteristiek met smalle straten die als honingraten aan weerszijden van de Dorpsstraat ieder om een van de twee kerken of om de molen gesitueerd zijn. Het meest kenmerkende van de kern van Etten zijn de open ruimtes -in gebruik als (moes)tuin of als openbare ruimte- tussen de overwegend historische, kleinschalige bebouwing. Hiertussen staan enkele grote monumentale panden, zoals het voormalige klooster en de villa op de hoek van de Dorpsstraat en de St. Lidwinastraat. Verspreid tussen gebouwen met een woonfunctie bevinden zich enkele winkels, horecagelegenheden en bedrijven. De panden rondom de kerken hebben een voorname uitstraling, de overige historische bebouwing bestaat meest uit boerderijen. De meeste panden grenzen direct aan de openbare ruimte, met een -soms sterk- wisselende rooilijn. De gebouwen oriënteren zich op de straat. Individuele bomen zorgen samen met het groen van de voortuinen voor een groen beeld.
De kern van Etten wordt door enkele bebouwingslinten verbonden met het buitengebied. In de Molenstraat bevinden zich veel vrijstaande woningen uit de jaren 50. De Ulftsestraat heeft een breed profiel. Er is weinig historische bebouwing aanwezig maar wel veel rijtjes-, twee-onder-een-kap en vrijstaande woningen. Het bebouwingsbeeld van de Klompendijk is erg open.
De met bomen begeleide Zeddamseweg is de belangrijkste ontsluitingsweg van het dorp, dat bij de hoofdtoegang enigszins ontsierd wordt door forse bedrijfsgebouwen, zoals een tankstation, met grote oppervlaktes bestrating. Binnen het kleinschalige silhouet van het dorp vanuit het noorden valt de forse achterkant van het bedrijf aan de Kampstraat nogal op.
Kenmerken bebouwingsbeeld
Het aantrekkelijk beeld van de kern (13a) wordt mede bepaald door de historische gevels en de variatie in grootte, hoogte en dakvorm van de panden. De voorgevel van het bedrijf aan de Kampstraat is, in tegenstelling tot de zij- en achtergevels, relatief kleinschalig en opgetrokken uit baksteen waardoor deze niet sterk contrasteert met de overige bebouwing in de historische kern.
De bebouwing bestaat afwisselend uit een of twee bouwlagen met kap. De gevelopeningen zijn overwegend verticaal en aan de bovenzijde in beperkte mate versierd. Forse plinten, kroonlijsten, stevige goten en segmentbogen zijn de voorkomende karakteristieke details. Als materiaal worden in hoofdzaak baksteen in aardkleuren en gebakken rode of donkere dakpannen gebruikt. Kozijnkleuren zijn vaak gebroken wit en standgroen.
Aan de Oldenhove, de Palmlaan en de Strik zijn veel woningen uit de jaren '50 aanwezig. Deze staan meest dwars op de weg, bestaan uit twee verdiepingen met een zadeldak en hebben rode of lichtbruine gevels.
Het woongebied met naoorlogse projectmatige woningbouw (b), ten zuiden van de Molenstraat, heeft een gevarieerd karakter met verschillende bebouwingstypen. De eenvormige woningen hebben veel veranderingen ondergaan, met name door aan- en opbouwen en veranderingen in het hoofdmateriaal- en kleurgebruik, waardoor ze een individuele uitstraling hebben gekregen. Bovendien is tussen de eenvormige gedeeltes individuele bebouwing gesitueerd. De bebouwing bestaat voor een groot gedeelte uit rijtjes- en twee-onder-een-kap woningen van twee bouwlagen met kap evenwijdig aan de weg. De woningen zijn ook georiënteerd op de weg, hebben een horizontale gevelindeling en weinig details. De kleur van de bakstenen gevels is rood of geel, de dakpannen zijn donkergrijs. Dit gebied heeft een blokvormig stratenpatroon met veel doodlopende zijstraten. Er staan enkele bomen en alle woningen bezitten voortuinen. Bij sommige hoektuinen zijn schuttingen aan de openbare weg geplaatst ter verhoging van de privacy.
Het woongebied met individuele woningbouw (c), ten noorden van de Molenstraat, heeft eveneens een gevarieerd karakter. Het bestaat uit individueel vormgegeven vrijstaande en twee-onder-een-kap woningen van één of twee bouwlagen met kap, afwisselend dwars op en evenwijdig aan de weg. De wegen zijn kort en geknikt met loopstroken. Opvallend in het openbaar groen is het pleintje op de hoek van de Beethovenlaan en de Mozartlaan dat is ingericht met heesters en bomen. Dit bepaalt samen met de tuinen het groene beeld van dit gebied.
Veranderingsproces
In geheel Etten is sprake van een matige dynamiek. Functieveranderingen van panden veroorzaken geen grootschalige aanpassingen. Aan de parkeerbehoefte is, bij gebrek aan ruimte in de dorpsstraten, voldaan door de grote ruimte naast de RK kerk in te richten als een groot parkeerterrein. Dit is wel praktisch, maar de grootschaligheid verhoudt zich niet goed met het kleinschalige en gedifferentieerde van de kern van Etten.









