Traditionele erven

De bebouwing in het buitengebied is door de eeuwen heen voornamelijk agrarisch van karakter geweest. Nog steeds is het gebruik overwegend agrarisch. De bebouwing is de laatste decennia wel sterk van functie gewijzigd. Het aantal functionerende agrarische bedrijfscomplexen is afgenomen. De traditionele erven liggen verspreid in het buitengebied. Plaatselijk is er sprake van kleine concentraties op enige afstand van de weg. De erven zijn van oudsher vrij bescheiden van omvang. Het hoofdgebouw, de bijgebouwen en de inrichting van het erf zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en vormt bovendien een onderdeel van het totale cultuurlandschap.

Kenmerken van het bebouwingsbeeld

De eerste boerderijen in de gemeente zijn van het type hallehuis. Deze boerderij bestond van oorsprong uit één hoofdgebouw, waarin zowel de woning, als de belangrijkste agrarische ruimten waren ondergebracht. Een variant op het hallehuis zijn de T - boerderij en de krukhuisboerderij die in de gemeente veelvuldig voorkomen. Beide kennen een voorhuis dat haaks op het achterhuis gesitueerd is en kennen soms een wat meer stedelijke uitstraling dan het hallehuis.

Naast het hoofdgebouw komen er op het erf vrijstaande bijgebouwen, mestvaalten en waterputten voor. Soms zijn de bijgebouwen aan het hoofdgebouw vast gebouwd. De bijgebouwen zijn grotendeels ondergeschikt van omvang. Dit komt tot uitdrukking in zowel de bebouwingshoogte als de plaatsing ervan.

Over het algemeen is de bebouwing opgebouwd uit een tot twee bouwlagen met zadeldak. Wolfseinden komen veelvuldig voor. Aan de zijkanten is sprake van een lage goot. De nokrichting is haaks op de weg, met uitzondering van het voorhuis van de T - boerderij en het krukhuis. Dikwijls wordt dezelfde nokrichting aangehouden in de bijgebouwen.

De gevels kennen een verticale geleding op de begane grond. Dit wordt veelal afgesloten met een rij kleine ramen op de eerste verdieping. De gevels zijn opgebouwd uit roodbruine baksteen en de daken zijn belegd met antraciet-grijze dakpannen. Hier en daar komen er ook rode dakpannen of rieten dakbedekking voor. Dit is meer uitzondering dan regel. De kozijnen in het woongedeelte zijn van hout en wit geschilderd. Luiken en deuren kennen een groene kleur. De kozijnen in het bedrijfsgedeelte zijn vaak van gietijzer. Segmentbogen boven de ramen, gevelbeschietingen en versieringen in het metselwerk geven sommige boerderijen een rijke detaillering.

Veranderingsproces

Moderne ontwikkelingen in de bedrijfsvoering en de agrarische wooncultuur hebben op een aantal plaatsen geleid tot loskoppeling van het woon- en bedrijfsgedeelte en tot schaalvergroting van de bedrijfsgebouwen.

afdrukken