Deel VIII: Kaarten en richtlijnen

RESPECT

  • DIJKLINTEN EN UITERWAARDEN
  • OEVERWALLEN
  • KOMGRONDEN
  • HISTORISCHE GEBIEDEN EN LINTEN

bouwplan en omgeving

Het bouwplan:

  • past bij de waarde en kernkwaliteiten van het deelgebied en is afgestemd op de stedenbouwkundige en landschappelijke structuur;
  • versterkt de kwaliteit van de omgeving en de openbare ruimte en levert een positieve bijdrage aan de leefbaarheid en sociale veiligheid van de omgeving;
  • vormt een versterking van markante stedenbouwkundige en landschappelijke ruimten en locaties;
  • richt zich op de openbare ruimte en de toegang vanaf het openbaar gebied is duidelijk herkenbaar;
  • markeert het onderscheid tussen openbaar en privégebied duidelijk;
  • heeft op zichzelf een evenwichtige opzet, die tot uitdrukking komt in samenhangende maatverhoudingen van buitenruimten, bouwvolumes, massa-opbouw, kapvorm en vlakverdelingen.

bouwplan op zich

Het bouwplan:

  • past bij de kernkwaliteiten van het ensemble en/of de gebouwtypologie;
  • is afgestemd op de omgeving voor wat betreft positie, hoofdvorm, maat en schaal;
  • heeft een herkenbaar en consequent uitgewerkt ontwerpconcept met esthetische kwaliteiten en de typologie en architectuur van de bebouwing is afgestemd op de omgeving.

gevel, materiaal, detaillering & kleur

Het bouwplan:

  • heeft een samenhangende gevelindeling en kleurgebruik en een materialisering waarvan de kwaliteit ook op langere termijn behouden blijft;
  • heeft kenmerkende en beeldbepalende onderdelen, zoals dakranden, kozijn- profileringen en raamindelingen, die de architectuur ondersteunen;
  • heeft een detaillering die ondersteunend is aan de architectuur.


afdrukken