5.2.2 Criteria dakkapellen

Onderstaande welstandscriteria gelden specifiek voor dakkapellen, voor zover ze niet in strijd zijn met de gebiedsgerichte welstandscriteria en de in het betreffende bestemmingsplan aangegeven bouwmogelijkheden. Uitgangspunt is dat ieder ontwerp blijk geeft van een basaal vakmanschap, zoals uiteengezet is in de algemene welstandscriteria (zie hoofdstuk 3). Als een bouwplan niet aan de specifieke welstandscriteria voldoet, kan een nadere beoordeling plaatsvinden op basis van de algemene welstandscriteria.

Dakkapellen moeten een ondergeschikte toevoeging zijn aan een dakvlak. Het plaatsen van een dakkapel mag daarom niet ten koste gaan van de karakteristiek van de kapvorm. Een dakkapel mag niet overheersen in het silhouet van het dak en de noklijn van het dak moet, afhankelijk van straatprofiel, vanaf de weg zichtbaar blijven. Bovendien moet er voldoende vrij dakvlak overblijven rondom dakkapellen.

Criteriamatrix dakkapellen

Plaatsing en aantal*
  • Dakkapel plaatsen op hoofdbouwmassa, geen dakkapel op een aan- of bijgebouw.
  • Geen dakkapel op dakvlakken flauwer dan 30˚
  • Maximaal 1 dakkapel per woning op het naar de openbare weg gekeerde dakvlak.
  • Geen dakkapellen boven elkaar.
  • De plaats van dakkapel is verticaal afgestemd op de gevelindeling en horizontaal op eventuele andere dakkapellen in hetzelfde pand of bouwblok.
  • Dakkapellen liggen rondom vrij in het dakvlak (minimaal 0,50 meter vrij dakvlak rondom).
  • Dakkapellen binnen de noklijn plaatsen, geen dakkapel op een wolfseind.
  • Geen dakkapellen op het voormalige bedrijfsgedeelte van boerderijen.
Vormgeving*
  • Dakkapellen zijn ondergeschikt aan het dakvlak van de hoofdbouw.
  • Vormgeving en detaillering zijn afgestemd op de architectuur en de kapvorm van het betreffende pand.
  • De dakkapel heeft een eenvoudige hoofdvorm en dakvorm. De dakkapel is in principe afgedekt met een plat dak. Een schuin dak is alleen mogelijk als het duidelijk ondergeschikt is aan het bestaande dakvlak.
  • Sobere ranke vormgeving en detaillering.
  • De voorgevel van de dakkapel is grotendeels transparant.
Maatvoering*
  • Dakkapellen aan de voorzijde hebben een totale hoogte van maximaal 1,75 meter.
  • Afstand tot dakvoet: minimaal 0,5 meter. en maximaal 1 meter.
  • Breedte maximaal 50% van het voordakvlak tot maximaal 3 meter. Breedte binnen beschermde stadsgezichten maximaal 30%.
Materiaal en kleur
  • Het materiaal- en kleurgebruik is afgestemd op het hoofdgebouw.
  • In beginsel sober en natuurlijk kleur- en materiaalgebruik.
  • Voor naar de straat gerichte gevels is schreeuwerig kleur- en materiaalgebruik niet toegestaan.

*voor zover niet anders geregeld in het bestemmingsplan

afdrukken
Dakopbouwen