ZORG VOOR DE OMGEVING VAN EEN MONUMENT

Wanneer de Omgevingswet van kracht wordt, krijgt de omgeving van beschermde monumenten een voornamere rol. In artikel 5.130 van het Besluit kwaliteit leefomgeving (één van de vier algemene maatregelen van bestuur onder de Omgevingswet) is een instructieregel voor gemeenten opgenomen die een belangrijke aanscherping betekent voor de bescherming van monumenten. Deze houdt in dat gemeenten rekening moeten houden met het beginsel uit het verdrag van Granada van het voorkomen van aantasting van de omgeving van (voor)beschermde monumenten voor zover die monumenten daardoor worden ontsierd of beschadigd. Dit geldt voor (voorbeschermde) rijksmonumenten en voor alle via het omgevingsplan (voor)beschermde monumenten (zowel provinciaal als gemeentelijk, als monumenten die bijvoorbeeld als beeldbepalend of karakteristiek pand zijn beschermd). Het verrichten van activiteiten of de aanwezigheid van een (bouw)werk in de omgeving van een beschermd monument kan bijvoorbeeld het aanzicht en de waardering van dat monument negatief beïnvloeden.

Daarnaast kunnen (bouw)activiteiten in de omgeving ook van invloed zijn op de instandhouding of het functioneren van een beschermd monument. Zo is de bebouwing of beplanting in de omgeving van een historische windmolen van invloed op de windvang van die molen. Een molen die niet kan functioneren omdat deze onvoldoende wind vangt, heeft een veel groter risico om te vervallen. Hetzelfde geldt voor een watermolen, die afhankelijk is van een waterloop. Naast het voorkomen van achteruitgang heeft het opwaarderen van de directe omgeving van een beschermd monument een positieve invloed op de waardering en beleving ervan. Artikel 7 van het verdrag van Granada verplicht daarom tot maatregelen om de kwaliteit van de openbare ruimte rond beschermde monumenten en in beschermde stads- en dorpsgezichten en beschermde cultuurlandschappen te verbeteren¹. Nieuwe ontwikkelingen in de omgeving van monumenten kunnen dus niet meer plaatsvinden zonder kennis van en respect voor bestaande gewaardeerde kwaliteiten in relatie tot aanwezige monumentale waarden.

¹ Lees verder: Beschermen cultureel erfgoed in het omgevingsplan

WAT WORDT GEZIEN ALS DE OMGEVING VAN EEN MONUMENT?

Een monument staat nooit op zichzelf. De omgeving welke van invloed is op een monument (of waarop het monument zijn invloed uitoefent) reikt verder dan alleen het oppervlakte van het bijbehorende perceel. De omgeving is niet eenduidig te bepalen, maar afhankelijk van de stedenbouwkundige of landschappelijke situering en de omvang, hoogte en verschijningsvorm van het monument. De omgeving heeft betrekking op:

  • De beleving of de zichtbaarheid van het monument vanaf openbaar toegankelijk gebied
  • De (mogelijkheid tot) instandhouding van het monument
  • Het functioneren van het monument
  • De (oorspronkelijke) betekenis van het monument
  • De waardering die we toekennen aan het monument

In de Gids Ruimtelijke Kwaliteit West Betuwe ’22 zijn de volgende uitgangspunten van toepassing:

  • Bescherm de omgeving van monumenten tegen aantasting die het monument ontsiert of beschadigd.
  • Waarborg en versterk de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van de (omgeving van) monumenten en gebruik deze waar mogelijk als uitgangspunt bij nieuwe ontwikkelingen.
  • Beoordeel bij activiteiten of deze een ondergeschikte rol spelen in het aanzicht van aanwezige monumenten en hier zorgvuldig op zijn afgestemd;
  • Laat het zicht op aanwezige monumenten of ander erfgoed vrij.

Bij een omgevingsvergunningplichtige activiteit wordt een onderzoekplicht opgelegd bij de initiatiefnemer om na te gaan of er binnen de omgeving van het initiatief een monument aanwezig is waarmee rekening gehouden moet worden. Op het kaartmateriaal van de Gids zijn daarom de monumentale objecten aangegeven. Zie deel VIII. Voorts wordt geadviseerd om bij voorgenomen (bouw)activiteiten de Erfgoedkaarten van de gemeente te raadplegen (kaartbijlagen 7c, RAAP rapport 4150 Erfgoed in de gemeente West Betuwe 15-07-2021). In hoeverre een ruimtelijke ontwikkeling afbreuk kan doen aan de cultuurhistorische waarden in een bepaald gebied is overigens niet alleen afhankelijk van de aanwezige cultuurhistorische waarden van het monument in het gebied, maar ook van de aard en omvang van de ruimtelijke ontwikkeling.

afdrukken