7 Buitengebied / komgronden

KOMGEBIEDEN

De komgebieden zijn de gronden met rivierkleiafzetting welke, vanaf de rivieren gezien, achter de oeverwallen liggen. De komgebieden waren van oorsprong drassige gebieden met zware klei, grotendeels onbebouwd, slecht bereikbaar en in gebruik als extensief grasland. Tijdens de zogenoemde ruilverkavelingen zijn deze gebieden herverkaveld voor een betere landbouwstructuur. Er kwamen nieuwe wegen, een verbeterde waterhuishouding en nieuwe en voor die tijd moderne boerenerven met grote huiskavels. Deze herinrichtingen zijn bepalend geweest voor het huidige landschap van West-Betuwe. Het oorspronkelijke patroon van lange strookvormige verkavelingen is grotendeels verdwenen en veranderd in een blokverkaveling en door boerderijverplaatsing verschenen er verspreid staande agrarische bedrijven. Binnen de gemeenten worden twee komgebieden onderscheiden; de Tielerwaard-West en de Culemborgerwaard.



TIELERWAARD-WEST

Het komgebied Tielerwaard-West is een groot laag gebied dat omzoomd wordt door de oeverwallen langs de Linge en de Waal en de stroomrug van Meteren naar Haaften. Tot ver in de twintigste eeuw was het een groot en open moerassig gebied met veel grienden, eendenkooien en natuurweides en vrijwel ongebouwd. Tijdens de naoorlogse ruilverkaveling is het gebied getransformeerd tot een weids, goed ontwaterd en efficiënt verkaveld landbouwgebied. De ruilverkavelingserven liggen regelmatig verspreid als ‘eilanden van groen’ in de open ruimte, om en om langs de wegen geplaatst. De nieuwe boerderijen zijn veelal van een gestandaardiseerd type. Van oorsprong waren op de erven windsingels van essen of populieren aanwezig. Deze zijn veelal verdwenen door de schaalvergroting die al snel plaatsvond. Wegbeplanting van populieren en essen geven het gebied nu samenhang. In het Erfgoedbeleid zijn de bijzondere ruilverkavelingsensembles uit deze tijd benoemd:

  • Hellouw, ruilverkavelingslint Meikampgraaf: een boerderijenlint met een vooral gestandaardiseerde kop- hals-romp boerderijtype op grote, soms nog groen omzoomde erven. Het lint is verbonden met een lange weg met enkelzijdige laanbeplanting.
  • Herwijnen, ruilverkavelingslint Mert: een boerderijenlint van een gestandaardiseerd boerderijtype op grote, soms nog groen omzoomde erven. Het lint is verbonden met een lange weg met laanbeplanting.
  • Herwijnen, ruilverkavelingslint Laarweg: een boerderijenlint met een vooral gestandaardiseerde kop- hals-romp boerderijtype op grote, soms nog groen omzoomde erven. Het lint is verbonden met een lange weg met enkelzijdige laanbeplanting.
  • Herwijnen, ruilverkavelingslint Bloklandweg: een boerderijenlint met een vooral gestandaardiseerde kop- hals-romp boerderijtype op grote, soms nog groen omzoomde erven. Het lint is verbonden met een lange weg met enkelzijdige laanbeplanting.
  • Rumpt – Gellicum, ruilverkavelingsgebied: een getransformeerd landschap met losse linten met markante ruilverkavelingsboerderijen van het kop-half-romptype.
  • Vuren, ruilverkavelingslint Landscheiding: een boerderijenlint van een gestandaardiseerd boerderijtype op grote, soms nog groen omzoomde erven. Het lint is verbonden met een lange weg met laanbeplanting.

Als compensatie voor het verlies aan landschappelijke waarden na de ruilverkavelingen in de Tielerwaard werd in de jaren ’60 een komgrondenreservaat aangelegd waarin enkele bestaande eendenkooien werden opgenomen en een groot recreatiegebied in de vorm van het Lingebos. Als locatie hiervoor werd een terrein aangewezen onder Spijk, waar men ten behoeve van Rijksweg 15 zand had gewonnen. De ontstane plas vormt het hart van het Lingebos. Het geheel is omgeven met dicht bosplantsoen. Het gehele ontwerp is bijzonder naar binnen gericht en op geen enkele manier verweven met het omliggende agrarische landschap.



CULEMBORGERWAARD

Dit komgebied aan de noordzijde van de Linge (Polder Culemborg) ligt vanouds laag. In dit komgebied zijn vroeger enkele boerderijen gebouwd op verhoogde plaatsen die hier woerden worden genoemd. Daar zijn er veel van verdwenen. Tijdens de ruilverkaveling, gestart in 1969, is in dit gebied rekening gehouden met de aanwezigheid van oude landschapsstructuren en -elementen zoals eendenkooien en kleine bosjes waardoor, in vergelijking met de Tielerwaard, hier meer besloten kommen zijn ontstaan. Tijdens de ruilverkavelingen is het laagste en natste gebied, De Regulieren, als natuurgebied in oude staat gebleven. Dit natuurgebied in het komgebied ten noorden van Geldermalsen is een laag gelegen nat natuurgebied. Het gebied wordt gekenmerkt door natte gronden met weiden, rietlanden, grienden, eendenkooien, populieren- en elzenbossen. Er liggen waardevolle cultuurhistorische elementen zoals eendenkooien. In het gebied zijn enkele voornamelijk agrarische boerderijen op woerden langs de wegen gelegen.



DE REGULIEREN

Dit natuurgebied in het komgebied ten noorden van Geldermalsen is een laag gelegen nat natuurgebied. Het gebied wordt gekenmerkt door natte gronden met rietlanden, grienden, eendenkooien, populieren- en elzenbossen. Er liggen waardevolle cultuurhistorische elementen zoals eendenkooien. In het gebied zijn enkele voornamelijk agrarische boerderijen langs de wegen gelegen.

HET LINGEBOS

Als compensatie voor het verlies aan landschappelijke waarden na de ruilverkaveling werd in de jaren ’60 een komgrondenreservaat aangelegd waarin enkele bestaande eendenkooien werden opgenomen en een groot recreatiegebied in de vorm van het Lingebos. Als locatie hiervoor werd een terrein aangewezen onder Spijk, waar men ten behoeve van Rijksweg 15 zand had gewonnen. De ontstane plas vormt het hart van het Lingebos. Het geheel is omgeven met dicht bosplantsoen. Het gehele ontwerp is bijzonder naar binnen gericht en op geen enkele manier verweven met het omliggende agrarische landschap.



afdrukken