Glastuinbouw

Welstandscriteria

Onderstaande criteria komen voort uit de bestaande aanwezige karakteristieken van het object en het gewenste beeld. De criteria dienen altijd gehanteerd te worden in samenhang met de hiervoor behandelde beschrijving, waardebepaling en beleidsrichting van het object.

plaatsing (bestemmingsplan is maatgevend)

• Bij de situering van glastuinbouw aansluiten op de aanwezige ruimtelijke verkavelingstructuur;
• Glastuinbouw achter de woonbebouwing situeren;
• Glastuinbouw aan of bij de woonbebouwing is niet toegestaan;
• Samengestelde en repeterende kascomplexen dienen in één rooilijn te staan;
• Technische ruimten en installaties indien mogelijk ruimtelijk integreren binnen het kassencomplex.

massa en vorm (bestemmingsplan is maatgevend)

• De massa en hoofdvorm van een kassencomplex afstemmen op de belendende complexen. Bij traliekassen en repeterende breedkapkassen dienen de kappen een gelijke vorm, goot- en nokhoogte te hebben;
• De kaprichting zoveel mogelijk parallel aan de kavelstructuur en haaks op de richting van de doorgaande openbare weg oriënteren;
• Bij glastuinbouw gesitueerd achter woonbebouwing dienen de goot- en nokhoogte bijvoorkeur onder die van het hoofdgebouw van de woning te blijven.

gevelkarakteristiek

• De gevels alsmede dakhellingen dienen een transparant uiterlijk te hebben, waarbij het interieur van buiten grotendeels zichtbaar is;
• Ten aanzien van de wering van lichtuittreding als gevolg van kunstmatige belichting, streven naar het toepassen van interne lichtschermen.

detaillering, kleur en materiaal

• Uitgezonderd de constructie, dient bij glastuinbouw als materiaal hoofdzakelijk glas te worden toegepast.