Welstand gemeente Druten
StartpaginaUw mening
Actueel
Contact
4.2 Beoordelingsaspecten

Bij het opstellen van de welstandscriteria zijn de volgende beoordelingsaspecten benoemd en gewaardeerd:

Plaatsing

In de deze categorie komt de situering van een gebouw aan de orde. De positie van het gebouw/bouwwerk in relatie tot de belendingen, stedenbouwkundige opzet en de publieke ruimte. Onderdelen: verkavelingtype, positie onderling, afstand onderling, plaatsing op kavel, bouwrichting, herhaling/ritmiek.

Massa en vorm

Het gaat hier om de hoofdvorm en -massa van een gebouw in relatie tot of met de omgeving. In de ruimtelijke verschijningsvorm is de massa en de vorm van het gebouw het intermediair tussen stedenbouwkundige en architectonische beeldaspecten. Onderdelen: opbouw hoofdmassa, profiel ruimte, samenstelling massa, kapvorm en -richting, relatieve omvang, vormbehandeling.

Gevelkarakteristiek

Het gaat hier om de verschijningsvorm en/of aanzichten van een gebouw. Naast de relatie met de omgeving wordt hier met name de karakteristiek van het gebouw als object beschreven en gewaardeerd. Onderdelen: gerichtheid en oriëntatie, geleding, indeling en plasticiteit.

Detaillering, kleur en materiaal

Het gaat hier om de karakteristieken die invulling geven aan de verschijningsvorm van een gebouw. Ten opzicht van de hiervoor genoemde beoordelingsaspecten zijn deze aspecten bepaald niet ondergeschikt. Juist kleur en materiaal zijn zeer beeldbepalend voor de verschijningsvorm van een gebouw, straat en/of gebied. Onderdelen: gaafheid/oorspronkelijkheid, materiaalgebruik, kleurtoon en toepassing, decoraties en ornamenten.

Bij het formuleren van de criteria is rekening gehouden met de hardheid van de criteria. Strenge criteria bieden weinig ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en hebben vaak een behoudende werking. Voor gebieden met een hoge beeldkwaliteit zijn behoudende criteria zeer geschikt. Zo kan het voorkomen dat in een historische dorpskern hardere eisen worden gesteld aan de gevelaanzichten dan in bijvoorbeeld naoorlogse woongebieden. Sturende en ruim te interpreteren welstandscriteria bieden meer flexibiliteit en ontwikkelingsvrijheid waarvan adviserende criteria de meeste speelruimte leveren. Om de interpretatiemogelijkheden en prioriteitstelling in criteria  te vertalen kan gebruik gemaakt worden van termen als behouden, respecteren, interpreteren, nastreven/ wensen, gericht veranderen of zelfs uitsluiten. Hierbij is de term 'behouden' meer gericht op dwingend handhaven en 'wensen' en 'nastreven' meer als sturend ontwikkelen. Hierdoor wordt voor elk van belang zijnde kenmerk of eigenschap aangegeven hoe men hiermee, in relatie tot de bestaande context, dient om te gaan.

Behouden

Handhaven in de zin van behouden of herstellen van bestaande karakteristieken. Specifieke of beeldbepalende kenmerken van een gebied kan men hiermee waarborgen. Het gaat hier dan ook om het behouden van specifieke en vaak oorspronkelijke kenmerken bij nieuwbouw, renovatie of bij veranderingen en toevoegingen aan bestaande bouwwerken. Dit hoeft niet altijd te betekenen dat men nauwgezet dezelfde eigenschappen in zijn oorspronkelijke vorm dient terug te laten komen, maar wel dat in verre mate gestreefd dient te worden naar een op de oorspronkelijke context gelijkende vormgeving. Kortom, de afwijkingsmogelijkheden zijn beperkt.

Interpreteren of respecteren

Interpretatie in de zin van het vertalen of gebruik maken van bestaande, vaak beeldbepalende, beeldaspecten bij nieuwbouw, renovatie of bij veranderingen en toevoegingen aan bestaande bouwwerken. Het gaat hierbij om het respecteren en/of benaderen van bestaande beeldbepalende eigenschappen en kenmerken of een vertaling of bewerking ervan naar een meer eigentijdse vormentaal. Hierin zit, met respect voor en passend binnen de bestaande context, meer vrijheid in bijvoorbeeld vormgeving, detaillering, profielen en kleur- en/of materiaalgebruik.

Nastreven of wensen

Veranderen in de zin van een gewenst beeldaspect mogelijk maken ten behoeve van verbetering van de bestaande of gewenste kwaliteit. Het gaat hierbij om het inzetten van ontwikkelingen ter verbetering van de bestaande beeldkwaliteit. Dit kan bereikt worden via de weg van de geleidelijkheid of via het toepassen van gericht beleid. Deze welstandscriteria zijn sturend van aard en de mate aan vrijheid om ze te interpreteren is relatief groot.

Gericht veranderen of uitsluiten

Veranderen in de zin van doelbewust vernieuwen door toevoegen van nieuwe beeldaspecten, herstellen van gevormde verstoringen/ aantastingen of het uitdrukkelijk afwijken van bestaande kenmerken of eigenschappen via een gericht beleid. Ook hier gaat het om het inzetten van een ontwikkeling ter verbetering van de bestaande kwaliteit. Het kan dus voorkomen dat bepaalde niet passende, ongewenste of beeldverstorende kenmerken en eigenschappen verplicht dienen te worden veranderd of expliciet worden uitgesloten. Ondanks de verruiming van de mogelijkheden, dient men met vernieuwing of afwijking altijd zorgvuldig om te gaan. De vrijheid is dus beperkt, maar door gewenste veranderingen zijn de mogelijkheden voor vernieuwing ruimer.

In bovenstaande termen zit uiteraard een bepaalde reikwijdte die alleen per situatie (bouwplan en context) nader geïnterpreteerd kan worden. Dit is een taak van de welstandscommissie in samenspraak met de initiatiefnemer en/of de vormgever van een plan. Alleen in samenhang met alle onderdelen van een bouwplan kan de relevantie van afzonderlijke criteria bepaald worden.

In de welstandscriteria zit tevens onderscheid tussen relatieve criteria en de absolute criteria. Per beoordelingsaspect is een relatieve criteria geformuleerd door te verwijzen naar de omliggende bebouwing. Hierin zit veelal ook verweven in welke mate men kan afwijken van de bestaande situatie. Vervolgens is het beoordelingsaspect nader toegelicht aan de hand van meer absolute criteria die van belang zijn bij het ontwerp van een gebouw. Deze meer absolute criteria vormen de belangrijkste ingrediënten voor een bouwplan waarmee het ontwerp past of juist niet past binnen haar omgeving. In sommige gebieden kan men volstaan met alleen relatieve criteria. Voor andere gebieden is het juist nodig explicieter aan te geven welke aspecten de bestaande of beoogde kwaliteit omvat, en waarop de welstandscommissie met nadruk zal letten.

introverte woningbouw